Bewoners aan de Adriaen van Ostadelaan wilden graag een lagere snelheidslimiet. In 2023 startten ze een petitie. Met succes: in de zomer van 2025 werd het wegdek vernieuwd en de 30 km/u zone rond het Ostadeplein verlengd tot aan de stoplichten van het Herculesplein. Daar is ook een extra snelheidsremmende verkeersdrempel geplaatst. “Echt heel fijn”, zegt Anja Iburg, een van de initiatiefnemers van de petitie.
Druk en onveilig
“Het leek soms een racebaan, zo hard reden auto’s en vooral busjes hier door de straat. Als ze te laat remden bij de verkeersdrempel hier voor de deur, ter hoogte van de Ferdinand Bolstraat, zat je rechtop in je bed. Wat een klappen gaf dat!” Anja woont hier al dertig jaar, ze is verkeer gewend, maar na de herinrichting van het Ostadeplein, even verderop, werd het bij haar nog drukker. “Het voelde echt onveilig, helemaal bij het oversteken richting het DIAK.”
Plankgas richting stoplichten
Het was een veel besproken onderwerp op de jaarlijkse straatborrel. “De 30 km/u zone rond het Ostadeplein hield op bij ‘onze’ drempel. Vanaf daar gold limiet 50 km/u richting de stoplichten van het Herculesplein. En dat leek een vrijbrief om even plankgas te geven, met uitschieters tot ver boven de 70 km/u! En stad in ging verkeer hier vol in de remmen, zie alle remsporen op de drempel.”
Petitie in de buurt
Om hun wensen onder de aandacht te brengen bij gemeente en de buurt, startten een aantal bewoners waaronder Anja een petitie. “Er sloten zich gaandeweg meer bewoners bij ons aan, ook uit de omliggende straten. Want als de gemeente deze laatste honderd meter richting de Stadionflat óók 30km/u zou maken, zou de situatie voor de héle buurt enorm verbeteren.”
Boze blik of glimlach
Met de petitie gingen we vervolgens met de gemeente in gesprek. Die plaatste eerst een snelheidsmeter: wie te hard reed kreeg een boze blik, wie rustig reed een glimlach. Dat werkte tijdelijk, maar deze herinrichting heeft hopelijk een blijvende impact. Onze tweede wens, een zebrapad, werd helaas niet ingewilligd. Te weinig overstekers, zo vindt de gemeente.”


