Rosarium

Nos Jungunt Rosae (‘de rozen verenigen ons’), de eerste rozenvereniging van Nederland, vroeg in 1910 aan het stadsbestuur om bij het eind negentiende eeuw geopende Wilhelminapark een openbaar rozenpark aan te leggen, het Rosarium. Zulke parken waren in omringende landen in opkomst. Voor een terrein van circa één hectare zou de vereniging van kwekers een plan maken en vervolgens de rozen leveren, aanplanten en onderhouden. Tuinarchitect Denier van der Gon ontwierp het hofje met elf vakken en 144 bedden met ongeveer 150 rozensoorten. Een levend en vooral kleurrijk kunstwerk, met in het midden een fontein. Het Rosarium werd op 7 juni 1913 officieel geopend. Op zondagen melden zich 400 bezoekers per half uur, uit alle rangen en standen. Velen kwamen vanuit de binnenstad met de nieuwe tramlijn 2. Het park was een trekpleister van formaat! Parkwachters leidden alles en iedereen in goede banen.

Uitstalkast
De rozenkwekers gebruikten het Rosarium als een soort uitstalkast, waarmee ze reclame maakten voor hun producten. In de aanbevelingsbrief stond: ‘Dan weet men (de consument) met zekerheid, dat de daarop uitgeplante exemplaren rozensoorten zijn, die na deskundig onderzoek blijk gegeven hebben aan de eischen van bodem en klimaat te voldoen.’

Bedreigd door wegenbouw
In 1930 wilde de stad een invalsweg naar de binnenstad dwars door het Rosarium aanleggen, het plan Berlage. Na heftige discussies in de gemeenteraad kreeg uiteindelijk de Biltstraat deze (twijfelachtige) eer. Later zou mogelijk ook de nieuwe Stolberglaan doorgetrokken worden door het Rosarium, maar ook die plannen sneuvelden dankzij protest van omwonenden. Zelfs de zeer strenge winter van 1939 kreeg het rosarium niet klein, ook al sneuvelde 90 procent van de rozen.

Zwarte bladzijden
De Duitse bezetter sloot in 1941 het rozenpark voor Joden. Een houten bord onder de toegangspoort maakte duidelijk dat het genieten van rozen voortaan uitsluitend aan ariërs was voorbehouden … Aan het einde van de bezetting voltrok zich nog een tragedie: Het Drama bij het Rosarium: tien mannen van de Binnenlandse Strijdkrachten sneuvelden in een vuurgevecht met terugtrekkende Duitse militairen op een steenworp afstand van de rozentuin. Een plaquette herinnert nog aan deze bloederige schietpartij.

Gemeentelijk monument
Tot 1957 had de vereniging het Rosarium in bruikleen. Daarna ging het onderhoud over in handen van de gemeente. Die beperkte het aantal rozensoorten, maar gaf het Rosarium wel de status van gemeentelijk monument.
Buurtbewoner den Hartog, auteur van het jubileumboekje ‘100 jaar Utrechts Rosarium’ schreef in 2013 een uitgebreid artikel in het magazine Oud Utrecht ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van het Rosarium.

Buurt: Wilhelminapark eo | kaart

Gemeentelijke plantsoenendienst aan het werk in 1959 – Het Utrechts Archief
Oorspronkelijk ontwerp van Donier van der Gon