Categoriearchief: straatbeeld

De Ballon

Op een zijgevel in de Mgr. van de Weteringstraat 7 prijkt een fraaie schildering, gemaakt door Jos Peeters. Het onderwerp is minder fraai: een tragisch ongeluk met een luchtballon op 9 september 1893. Kapitein (ingenieur-aéronaute) Léon Mary had die vlucht een passagier aan boord: Dirk Dolman. Deze viel in de Weistraat (sinds 1929 Mgr. van de Weteringstraat) ter hoogte van de Kerkdwarsstraat uit de mand en overleed niet veel later aan zijn verwondingen. Initiatiefnemer van de schildering, en buurtgenoot, Niels Bokhove zocht uit wat er zich 130 jaar geleden op deze plek afspeelde.

Gevaarlijke sport
Park Tivoli was eind 19de eeuw een populair festivalterrein rondom een concerthal, een verre voorloper van het Tivoli-Vredenburg. Het park lag in Oost, in de hoek Nachtegaalstraat – Kruisstraat, de buurt rondom de huidige Lidth de Jeudestraat. Op die dag in 1893 wilde ballonvaarder Léon Mary vanuit het park een vlucht maken. De ballonvaart was toen een spectaculaire attractie en trok doorgaans veel volk, zo ook die dag. Ballonnen in die pionierstijd waren gevuld met gas. Dus niet – zoals tegenwoordig – met lucht die verwarmd wordt door een brander, wat veel veiliger is. Opstijgen was destijds een spektakel op zich! Op het laatste moment legde de bijna 40-jarige Dirk Dolman, een hereboer uit Groenekan, met veel bravoure 50 gulden (omgerekend €725) neer en klom als passagier aan boord.”

Gevallen of gesprongen?
“De ballon – met de naam Koningin Wilhelmina – kwam met horten en stoten van de grond, vloog richting Maliebaan, om boven de Weistraat in de problemen te komen. Als gevolg kukelde passagier Dirk Dolman van zo’n 15 meter hoogte via een dak op de straat. Gevallen, omdat de mand plots bleef haken, of tegen een schoorsteen botste? Of gesprongen, in een ultieme poging nog aan de gevaarlijke vlucht te ontsnappen, zoals kapitein Léon Mary later tegenover de politie opperde? Wel is duidelijk dat de ballon zonder de ballast direct hoogte won en een half uur later veilig en wel landde in Driebergen, tot tevredenheid van de kapitein. De onfortuinlijke Dirk Dolman bezweek niet veel later aan zijn verwondingen in het oude Diaconessenhuis.”

Lopend vuurtje
“Ik heb oude kranten erop nageslagen en me verdiept in de ballonvaart in die tijd, om beter te begrijpen wat er die dag is gebeurd. Het ongeluk had diepe indruk gemaakt bij bewoners van de Weistraat en het verhaal ging als een lopend vuurtje door de stad. De Gooi en Eemlander heeft daarop nog een reporter gestuurd en een gedetailleerd relaas geschreven. Na veel speurwerk heb ik zelfs van zowel Léon Mary (zijn echte naam was Léon Antenne) als Dirk Dolman nazaten weten op te sporen, die via overleveringen binnen de familie het verhaal vagelijk kenden. Uiteindelijk heeft Jos Peeters, die al vele muurschilderingen op zijn naam heeft staan in onze stad, deze tragische geschiedenis aan de hand van mijn bevindingen, oude affiches, een enkele zwart-wit foto en vooral zijn (rijke) fantasie prachtig verbeeld.”

De tragedie werd in de buurt nog lange tijd bezongen in een straatliedje:

Dolleman wou een luchtreis maken
hij bleef aan een schoorsteen haken

’t mandje schommelde heen weer
en Dolleman viel in de Weistraat neer.

Weistraat (sinds 1929 Mgr. van de Weteringstraat) rond 1900, ter hoogte van de Appelstraat, net iets voorbij het vermoedelijke ‘plaats delict’ in 1893 – bron: Het Utrechts Archief
Opstijging in 1902 vanaf Vredenburg door de Belgische kapitein Léon Gheude – bron: Het Utrechts Archief
De schildering van Jos Peeters is mede geïnspireerd op dit souvenier
Jos Peeters aan het werk – foto: Arnoud Wolff

Gevelsteen voor Joke Smit

Onder grote belangstelling is de naamgever van het Joke Smitplein geëerd met een gevelsteen, 90 jaar naar haar geboortedag. De in Utrecht geboren feministe Joke Smit (1933-1981) schreef in 1967 Het onbehagen bij de vrouw. Dit invloedrijke manifest leidde de tweede emancipatiegolf in.

In steen en woorden herdacht
Beeldhouwer Britt Nelemans maakte in haar atelier aan de nabijgelegen Kerkstraat de gevelsteen in opdracht van het Utrechtse Geveltekenfonds. De steen is ingemetseld boven het centrale portiek van het plein. Politicus Hedy d’Ancona, waarmee Joke Smit in 1968 de feministische Man-Vrouw-Maatschappij oprichtte, deed samen met burgemeester Sharon Dijksma de onthulling. Stadsdichter Anne Broeksma, sinds kort een van de pleinbewoners, droeg voor de gelegenheid haar gedicht Zonder Joke Smit voor.

Trots buurtje
Het Joke Smitplein ligt achter de Nachtegaalstraat, je komt er via de Schoolstraat. Het wooncomplex, een mix van sociale huur en koop, is in 1986 gebouwd op het terrein van de voormalige Ambachtsschool. De (mannelijke) straatnamencommissie wilde het nieuwe plein destijds vernoemen naar een oud-leraar van de school, maar de kersverse bewoners vonden dat maar een ouderwetse, paternalistische gang van zaken. Met succes voerden ze – in de geest van de politiek roerige jaren 80 – actie voor de naam Joke Smit. De eigenzinnige geest van weleer waart nog rond op het Joke Smitplein. Het buurtgevoel is er sterk en bewoners zijn trots op de naamgever.

Het Utrecht Geveltekenfonds
Marjet Douze van het Utrechts Geveltekenfonds, de initiatiefnemer, vond dan ook een gewillig oor bij de bewonerscommissie toen zij een plek zocht voor de gevelsteen. Volgens haar heeft onze stad nog te weinig eerbetoon voor inspirerende Utrechtse vrouwen. “Met trots voegen we Joke Smit toe aan het (nog) selecte gezelschap Anna Maria van Schurman (1607-1678, de eerste vrouwelijke student), Belle van Zuylen (1740-1805, schrijver en componist), Catharina van Rennes (1858-1940, stichter van zangscholen), Clara Meijer-Wichmann (1885-1922, strijder voor vrouwenrechten) en Clare Lennart (1899-1972, schrijver), vrouwen die al langer met een gevelteken worden herdacht.”

Hedy d’Ancona en burgemeester Sharon Dijksma wijzen naar de net onthulde gevelsteen, met op de achtergrond Marjet Douze van het Utrechts Geveltekenfonds – Foto: Arnoud Wolff
Beeldhouwer Britt Nelemans in haar atelier aan de Kerkstraat – Foto: Michael Kars

Joop’s Geheim

In de Albrachthof staat een sculptuur met de titel Geheim, gemaakt in de jaren 80 door beeldhouwer Joop Wouters. Het is voor veel buurtgenoten nog altijd een geheim, want je moet de weg naar het binnenpleintje weten, het ligt goed verstopt achter buurtcentrum Podium Oost.

Roerige jaren
Joop woont sinds 2007 in Frankrijk, maar had in de roerige jaren 70 en 80 een woning met werkplaats in Abstede, de buurt waar bewoners lange tijd actie voerden om hun huizen te redden van de sloopkogel. Zijn gevelsteen BASTA (1988) op de hoek van Abstederdijk 131 markeert het uiteindelijke succes van alle protesten: de gemeente knapte de meeste huizen op, de bewoners konden in hun buurt blijven wonen.

Het Geheim van de Albrachthof
Twee jaar eerder kreeg Joop van de gemeente de opdracht voor een beeldhouwwerk ter viering van een stadsvernieuwingsproject rond de Albrachthof in Oudwijk. “Toen ik in 1986 voor het eerst de Albrachthof inliep, dacht ik: wat een bijzondere, goed verborgen plek, zo midden in Oudwijk. Daardoor had ik al gelijk de naam voor het beeld: Geheim. Via bouwer Jurriëns tikte ik een massief blok Fins graniet op de kop. Het was te groot om mee te werken. Daarom kloofde ik er twee lange stukken af om het slanker te maken, de (horizontale) boorgaten zijn nog zichtbaar. Het was een periode dat ik veel aandacht had voor lichaamsdelen, met name handen. Ik bewerkte het blok graniet tot een moeder die een kind omarmt en haar gniffelend, met de hand voor het gezicht, een geheim vertelt.”

De gevallen soldaat
“Wat weinig mensen weten is dat ik de twee gekloofde scherven (nog altijd ruim duizend kilogram per stuk) ook bewerkt heb, een nóg groter geheim, haha! In de ene scherf zag ik een gevallen soldaat, een oorlogsslachtoffer. In de zijkant hakte ik de Latijnse inscriptie Inter Arma Silent Musae uit, vrij vertaald: In de oorlog zwijgen de muzen. De sculptuur kreeg de naam Apollo, vernoemd naar de God van de Kunst. Het ligt in de achtertuin van een woning aan de Prins Hendriklaan.”

De Arm
“In de andere scherf zag ik destijds een arm. Zo heb ik het bewerkt, en zo heet het ook. Het is destijds aangekocht door de familie Hogervorst die aan het eind van de Maliebaan woonde en de sculptuur in de tuin plaatste. Na de verhuizing heeft de familie in 2022 een mooi gebaar gemaakt en De Arm geschonken aan de gemeente. Het beeld heeft een mooie plek gekregen in het even verderop gelegen Hogelandsepark. Wie goed kijkt ziet net als in Geheim en Apollo de boorgaten zitten die nodig waren om het oorspronkelijke blok graniet te kunnen kloven, hét bewijs dat de drie sculpturen voortkomen uit dat ene massieve blok Fins graniet. Heel bijzonder dat ze na ruim 35 jaar nog zo dicht bij elkaar zijn hier in Oost.”

Meer info over Joop Wouters en zijn werk vind je op zijn website.

Joop geeft bij het Geheim in de Albrachthof uitleg hoe het graniet gekloofd is. De (horizontale) boorgaten zijn nog te zien – foto: Arnoud Wolff
Albrachthof na oplevering met het beeld Geheim – foto: Het Utrechts Archief
Joop werkt aan het Geheim
Apollo (Prins Hendriklaan)
De Arm (Hogelandsepark)
BASTA (Abstederdijk)

Piet Heinhof

Mensen kleuren de buurt. Letterlijk, zoals in Abstede, waar buren (jong en oud) met potten verf en kwasten een hele wand in het Piet Heinhof hebben omgetoverd tot een kleurrijk schilderij. Miranda Leijstra vertelt over de vele (verborgen) buurtverhalen in de schildering: “De grote boom links staat nu aan de rand van een plein, maar stond vroeger midden op het schoolplein aan de Abstederdijk. De man met de hond is een oude buurtbewoner uit de Piet Heinstraat die elke dag een rondje met het hondje maakt. De tomaten- en komkommerplanten verwijzen naar het rijke tuindersverleden en de nog bestaande volkstuinen in Abstede. En het pand helemaal links is een oud schoolgebouw waar vóór de sloop de Kruideniersvakschool in zat.”

Geen zeeheldenbuurt
Op de wand zijn ook de Minstroom en het Spoorwegmuseum te zien. De laatste bevindt zich weliswaar niet in Abstede, maar de oude spoorlijn loopt dwars door de buurt, net als de eeuwenoude Minstroom. Ook het &-teken tussen Piet en Hein staat er niet voor niets. De twee broers Piet en Hein de Vink waren de kinderen van de aannemer die in 1887 het achterliggende huizenblok bouwde. De straatnaam heeft dan ook niets te maken met de bekende zeeheld.

Het verboden plein
Een grappig detail is de rebus die in de schildering verwerkt zit, een knipoog naar de kinderen uit de buurt. De afgelopen jaren was het plein een verwaarloosde, vieze plek, waar de kinderen van hun ouders niet mochten komen. Des te spannender om er juist wel naar toe te gaan. Het plein werd daarom het ‘het verboden plein’ genoemd. Na deze opknapbeurt is het weer een prettige plek om te spelen. En met een verhaal.

Dit bericht verscheen in de Oostkrant van dec 2011.
Locatie: Piet Heinhof

Muurschildering met rebus
Miranda met haar schildersteam uit de buurt (2011)
Het oude schoolgebouw aan de Minkade in 1905 – Het Utrechts Archief

De Stal

Tussen de Monseigneur van de Weteringstraat en de Kerkstraat, vlak bij de Nieuwe Regentesseschool, ligt de Tulpstraat, niet te missen door de zelfgemaakte lampenkappen om de lantaarnpalen. Een voormalige bedrijfspand op nummer 17 is de spil van het straatleven. Bewoners noemen het liefkozend de ‘Stal’, omdat het ooit een koetshuis met paardenstal was van de beroemde ondernemersfamilie Fentener van Vlissingen die in de stadsvilla Maliebaan 42 woonde.

Leefstraat
Gerard Verouden is penningmeester van de bewonerscoöperatie ‘Tulp’ die in 1978 de Stal heeft gekocht. “Met eigen handen hebben we er een gezellige bar in gemaakt. Op het parkeerterrein erachter was genoeg ruimte om onze auto’s te parkeren. Daarmee maakten we de straat autovrij en konden de kinderen veilig op straat spelen. De Tulpstraat is een leefstraat.“

Muurschildering
In de jaren 90 volgde een grote verbouwing. Wijlen straatgenoot en kunstenaar Marcel de Leeuw schilderde een reusachtig paard op de zijmuur en ontwierp een nieuwe indeling. Er kwamen o.a. een doka, sauna en opslagboxen bij. Zelfs de langgekoesterde droom van een eigen zwembad in de straat leek uit te komen. Gerard: ”We lieten de uitgegraven kelder van de Stal vollopen met water. Dagenlang hadden we waterpret, totdat het ging lekken. Toen hebben we er een fietsenstalling in gebouwd.”

Foto: de schildering op de zijmuur van ‘De Stal’, in de jaren 90 gemaakt door wijlen bewoner Marcel de Leeuw

Raamtheater Oosterstraat

Rij je weleens via de Oosterstraat de wijk in- of uit? Dat ratelende klinkerstraatje achter het Spoorwegmuseum? Dan kijk je vast naar dat ene hoge raam van huisnummer 3, waar twee grote etalagepoppen actuele thema’s uitbeelden. Welkom bij de familie Willemars.

Etalagepop
Wim en Carla Willemars wonen al 26 jaar in het smalle, hoge huis. “We zagen dat raam aan de straatkant al bij aankoop als een etalage. Voor de lol hingen we er hoedjes op. Het werd pas serieus toen onze zoon Pablo voor zijn zesde verjaardag geen racebaan, maar een etalagepop vroeg. Hij zag in het raam een toneel om verhalen te vertellen. Sindsdien maken we tafereeltjes met thema’s als Sinterklaas, Kerst, Oud & Nieuw, Carnaval, Halloween en recentelijk corona.”

David Bowie
“Buurtgenoten stoppen bedankkaartjes in de bus, en voorbijgangers bellen aan. Blijkbaar doen we er veel mensen een plezier mee. Ook kinderen staan met hun neus tegen het venster. We kregen ooit een bedankkaartje van ene mevrouw Bakker. Dat inspireerde ons om het raam om te toveren in een bakkerij met échte taarten. Soms houden we het mysterieus, bijvoorbeeld naar aanleiding van een bijzondere film die we hebben gezien. Dan mogen buren het thema raden. Of we herdenken een overleden artiest, zoals vier jaar geleden David Bowie.”

Volle verkleedkist
“Een oude dame, die altijd genoot van onze voorstellingen, gaf ons een verzameling oude hoeden en pruiken. Andere rekwisieten vinden we onderweg, zoals het kroontje en de mondkapjes die onze Alexander en Maxima droegen rond Koningsdag. Door zulke giften en vondsten is onze verkleedkist zo ruim gevuld, dat we met de poppen op elke actualiteit kunnen inspelen.”

Open podium
“Nadat onze zoon Pablo het huis uitging om aan de modeacademie in Arnhem te studeren, hebben wij de traditie voortgezet, aangemoedigd door de buurt. En eerlijk gezegd, zo’n verkleedkist maakt het kind in je los. We vragen ook vrienden, logés en bezoekers om het raam in te richten, ook dan hebben we de grootste lol. We horen het daarom graag als een Oostkrantlezer een leuk thema heeft, we zijn een open podium voor heel Oost.”

Maker: Wim en Carla Willemars
Locatie: Oosterstraat 3

Wim en Carla, met achter het raam hun twee etalagepoppen – Foto: Michael Kars
Raamtheater
Sinterklaas december 2020 – foto; Arnoud Wolff

Infobord Oosterbuurt

De lente is een dag oud en er bloeit al wat moois in de Oosterbuurt! Raadslid Annemarijn Oudejans onthulde een infobord. Daarop staat in woord en beeld de historie beschreven van dit hechte buurtje aan de oever van de eeuwenoude Minstroom.

Gemengde buurt
Het paneel is een initiatief vanuit de bewoners. Het past in de rijke traditie van de Oosterbuurt om het buurtgevoel via de buitenmuur te uiten. Eerder brachten ze in de Zonstraat al een muurgedicht en een tegeltableau aan. “We blijven aandacht vragen voor het belang van een gemengde buurt”, lichten de bewoners Jos Schuurman en Kees Bals toe. “Woningcorporatie Woonin, het voormalige Mitros, heeft al een groot aantal huurhuizen in deze buurt – voor veel geld – verkocht. Sinds 2019 dringen we erop aan om verdere verkoop te stoppen. Dan blijft de huidige verhouding tussen huur- en koopwoningen 50-50.”

Hulp van studenten
Dat de bewoners Annemarijn Oudejans vroegen om het paneel te onthullen, is geen toeval. “De gemeente wilde in de jaren 70 en 80 onze héle buurt slopen. Dat ging na protesten gelukkig niet door. We kregen destijds bij onze strijd veel steun van studenten die bewoners met kennis en organisatiekracht bijstonden. Aan de vooravond van de energietransitie (Oudwijk moet vóór 2032 van het gas) komen we om dezelfde reden graag weer in contact met studenten. Geweldig natuurlijk dat Annemarijn van de jonge partij Student & Starter, en zelf nog (master)student Sociologie, zo geïnteresseerd is in onze buurt.”

Verduurzaming
Het jonge raadslid sprak haar respect uit voor de grote betrokkenheid van bewoners bij hun buurt, die al zo ver teruggaat in de tijd. “Fijn kunnen wonen vergt ook inspanning, de rijke historie hier bewijst dat. En de verduurzaming is een volgende uitdaging waarin gemeente, woningcorporatie en bewoners moeten samenwerken. Hopelijk hebben we geleerd van het roerige verleden en verloopt dat in goede harmonie. Samen maken we Utrecht.”

Raadslid Annemarijn Oudejans en leden van het buurtcomité Jos Schuurman en Kees Bals voor het paneel met daarop de historie van de Oosterbuurt – foto Arnoud Wolff
Het infobord met de geschiedenis van de Oosterbuurt

Zeezicht

Eeuwenlang liepen parochianen uit De Bilt via een kerkpad naar de Nicolaaskerk in de oude (Binnen)stad, in de volksmond ook wel Nicolaasweg genoemd. Het slingerde tussen de boomgaarden en hoveniersgronden van Oost. Na de aanleg van het Wilhelminapark en de Van Limburg Stirumstraat herschikte de gemeente de wegen in Oudwijk. Sindsdien begint de Nicolaasweg officieel ter hoogte van de Baanstraat. Op de zijgevel van het hoekhuis (nummer 4) staat een muurschildering: een ietwat abstract zeegezicht.

Hoge conifeer
Bewoner Wibo Senders, een oudgediende in de Nicolaasweg (hij woont er sinds 1985), legt uit hoe de schildering destijds tot stand kwam: “Mijn achterburen zijn Wilhelminapark 28 en 29, begin deze eeuw bewoond door respectievelijk de familie Wippler en Erkelens. Wippler had een enorme conifeer in zijn tuin. Erkelens vroeg: ‘Door die hoge boom zie ik de dom niet meer, zou die weg kunnen?’ Waarop Wippler zei: ‘Op zich wel, maar dan kijk ik tegen die lelijke gevel van Senders aan. Dus als je daar een oplossing voor hebt …’ En zo kwamen ze bij mij.”

Kijkdoos
“Die zijmuur werd altijd snel nat bij regenval, lelijk ook, ik had wel oren naar een betere afwerking. Dus kwamen we op het idee van een muurschildering. We spreken 2002. De afspraak werd: ik betaal coating en steigers, mijn achterburen de kunstenaar, Marij Nielen. Ze maakte een ontwerp dat zowel vanuit de woningen aan het Wilhelminapark, als voor passanten uit de Nicolaasweg en de Baanstraat een leuk beeld oplevert. Een schildering met dieptewerking vanuit elke hoek. Ze maakte eerst nog een kijkdoos, zodat we konden zien hoe dat zou uitwerken, want het klonk ingewikkeld. Maar we gingen akkoord, en zo kreeg de Nicolaasweg een kleurrijke entree.”

Wibo kiekt nog even zijn eigen muurschildering – foto Arnoud Wolff
Oost in 1859 met Nicolaasweg of Kerkweg – Het Utrechts Archief

Tegels in Amsterdamse stijl

Flinke klap erop, en hoppa, de laatste stoeptegel ligt erin! Mathis, een van de jongste bewoners van de Boomstraat, verricht zijn taak met verve, aangemoedigd door wijkwethouder Eva Oosters. Deze tegel is de bekroning van het buurtproject van zijn vader, meubelontwerper Jan Stolk, die zelf al 33 kunstig bewerkte stoeptegels in de straat had geplaatst. Een ode aan het buurtgevoel in dit knusse straatje.

Twee boodschappentassen vol
Toen tijdens een grondige verbouwing de rood-wit geblokte vloer in de hal van nummer 7 eruit moest, greep Jan zijn kans. Hij had zes rode tegeltjes nodig om zijn eigen vloer te repareren. Uiteindelijk ging hij met twee boodschappentassen vol huiswaarts. “Die mozaiekvloeren zijn kenmerkend voor de Amsterdamse School, de bouwstijl waarin ons langgerekte huizenblok, de oneven kant, is gebouwd. Ik kon de vloertegeltjes simpelweg niet laten liggen.”

Eeuwfeest Boomstraat
Maar, wat te doen met al die tegeltjes (minus zes stuks)? “Ik ben verknocht geraakt aan dit straatje, het is fijn wonen hier. Een dorp in de stad. Daarom wilde ik wat doen voor de buurt door de tegeltjes in het straatbeeld te brengen, ook om de verbinding tussen de bewoners te symboliseren. Ik heb daarvoor 33 keer drie vloertegeltjes uit die vloer verwerkt tot stoeptegel. Met deze laatste stoeptegel erbij (met een blauwgrijs vloertegeltje) zijn er in het hele project 100 vloertegeltjes verwerkt, symbolisch, want de eerste bewoner betrok in 1921 een woning in dit blok. Toen ik het project twee jaar geleden begon was dat precies eeuw geleden. Corona vertraagde de boel, maar nu liggen ze er, in stijl.”

Mathis slaat de laatste tegel op z’n plek

Experiment van Buys Ballot

Een muurschildering van De Strakke Hand op de zijgevel van de Reigerstraat. Het is een kleurrijke verbeelding van het experiment van de Utrechtse wetenschapper Buys Ballot (later oprichter van het KNMI). In 1845 toonde hij langs de net aangelegde Oosterspoorbaan het Dopplereffect aan. Die kennis wordt nog altijd gebruikt bij o.a.  snelheidscontroles en in de buienradar.

Experiment langs de Oosterspoorlijn
Christophorus Buys Ballot is de grondlegger van de meteorologie en de oprichter van het KNMI in 1854 dat werd gevestigd in Sonnenborgh, de huidige Sterrewacht. In 1845 deed Buys Ballot een tot de verbeelding sprekend experiment gebaseerd op een beschrijving van een Oostenrijkse collega. Hij beschreef het effect dat beweging invloed heeft op de toonhoogte van geluid, het zogeheten Dopplereffect. Buys Ballot regelde een trein tussen Utrecht en Maarssen en zette daar enkele hoornisten op. Zelf was hij toehoorder die langs de spoorbaan stond.

Belang voor de wetenschap
“Buys Ballot had verwacht dat hij het effect kon ontkrachten. Maar het experiment toonde juist aan dat het Dopplereffect bestaat”, vertelt universitair hoofddocent en initiatiefnemer Ingmar Swart tijdens de onthulling. “Het is een voor de wetenschap belangrijk experiment gebleken.” Ingmar noemt het een voorbeeld van fundamenteel onderzoek dat later heel veel toepassingen kreeg. Denk daarbij aan de sirenes van ziekenwagens die een andere toonhoogte hebben op het moment dat de auto je passeert, het gebruik van echografie of de werking van de buienradar.”

www.utrechtsemuurformules.nl

Maker: De Strakke Hand @2019
Locatie: Burg Reigerstraat