Aan de Minkade in Abstede wonen kabouters! Manuela stichtte het dorpje zo’n drie jaar geleden om de groenstrook langs de Minstroom wat op te fleuren. Behalve tientallen kabouters wonen er tussen de bloemen inmiddels ook konijntjes, egels en andere lieve dieren. Ze krijgt veel reacties. “Vooral kinderen kijken hun ogen uit. Ze staren minutenlang naar al die vrolijke, kleurrijke figuren in het groen. Buurtbewoners die kabouters (of beelden van andere dieren) over hebben, mogen die er bijzetten. Ik geef ze dan een gezellig plekje in het dorpje.”
Verscholen in het groen aan de rand van het Wilhelminapark staat een oude Duitse oorlogsbunker uit 1943. Dit monumentale stuk beton kreeg een nieuwe bestemming als expositieruimte, bekend als ‘EXbunker’. In de afgelopen tien jaar hebben meer dan 100 opkomende kunstenaars hier een eerste expositie kunnen houden.
Kunstenaar is ook suppoost Daan Bramer, voorzitter van de stichting die EXbunker beheert, legt uit: “Ons concept is al tien jaar onveranderd simpel: elke maand krijgt een opkomende kunstenaar de kans om een expositie in te richten. De bunker, met zijn dikke muren en beperkte ruimte, is geen standaard galerie. Het is een benauwde plek zonder daglicht, waar kunstenaars creatief op moeten inspelen. Bovendien is de kunstenaar ook de suppoost, wat zorgt voor directe interactie met (park)bezoekers. Deze onbevangen gesprekken tussen kunstenaars, jongeren en voorbijgangers zijn erg inspirerend en maken exbunker uniek.”
Tussenstation De Hogeschool voor de Kunsten (HKU) staat hoog aangeschreven, maar de stap van school naar museum is groot. Veel kunstenaars missen een tussenstation. “EXbunker probeert dat gat te vullen,” vertelt Bramer. “Onze selectiecommissie biedt de grootste talenten een vaak eerste podium buiten school en begeleidt hen. Dikwijls leidt een expositie bij ons tot een vervolg ergens anders, soms zelfs in San Francisco. Daar zijn we trots op.”
Met kunst de wijken in EXbunker trekt jaarlijks zo’n 6.000 bezoekers. De toegang is gratis, wat betekent dat er geen inkomsten uit kaartverkoop komen. Toch blijft de stichting financieel gezond en kan het zelfs de kunstenaars een toelage geven. “We krijgen subsidie vanuit de cultuurnota en houden tegelijkertijd de kosten laag doordat de kunstenaar alles zelf regelt en de expositieruimte een maand lang beheert. Dit concept werkt goed. In 2018 hebben we een oude zandpad prostitutieboot (EXboot) aan de Nijverheidskade omgebouwd tot museum annex expositieruimte. En ons nieuwe plan is om een oude SRV-wagen om te bouwen tot rijdende expositieruimte, EXwagen. Hiermee willen we met kunstenaars de wijken in. Allemaal inspirerende initiatieven die voortkomen uit die verwilderde massa beton in het park.”
EXbunker is open op zaterdag en zondag tussen 13:00 en 18:00 uur en elke 2/3/4de vrijdag van de maand tussen 12:00 en 17:00 uur. Meer info: https://EXbunker.nl/
Daan Bramer bij exbunker in 2017 – foto: Michael Kars
Het buurthuis van Sterrenwijk, bekend als Sterrenzicht, krijgt een flinke opknapbeurt! Dit project is gestart om het 40 jaar oude gebouw te verduurzamen. Naast betere isolatie en ventilatie, komt er een grotere entree en een meer open voorpui. Hierdoor wordt de ontvangstruimte lichter en ruimer. Hoewel de indeling grotendeels hetzelfde blijft, krijgt de jongerenruimte een vriendelijkere toegang. Kunstenaar Monique Broekman zal zowel binnen als buiten het gebouw opvrolijken met kunstwerken die het rijke verleden van de buurt weerspiegelen. Eerder ontwierp zij het speelhuisje in de stijl van het Witte Dorp.
Loop zit er weer in Tijdens de inloopochtend waarop de buurt de plannen kon bekijken, was het gezellig druk. Geen wonder, want het buurthuis is de huiskamer van Sterrenwijk, Abstede en Watervogelbuurt. De buurtactiviteiten zijn de afgelopen jaren flink toegenomen in aantal en populariteit. Denk aan Buurtbuik, Oma’s Soep, de Fitnessclub, Sterrenkoor, Papier Café en de opnamestudio van JOU jongerenwerk. Na de corona lockdowns zit de loop er weer goed in! Toch maken bewoners zich zorgen of ze elkaar nog kunnen ontmoeten tijdens de verbouwing volgend jaar. Komt er een tijdelijke ontmoetingsruimte? En wat als de verbouwing uitloopt, zoals eerder bij Podium Oost in Oudwijk gebeurde? De projectleider is nog druk bezig met het vinden van een werkbare oplossing. Het wordt hoe dan ook een spannende tijd voor Sterrenzicht, maar de toekomst ziet er stralend uit!
Impressie bovenaanzichtImpressie binnenruimte (bar)Bewoners bekijken de plannen – foto: Arnoud WolffHet kunstwerk bestaat o.a. uit ‘Sterrenwijk groene’ wandtegels met afbeeldingen uit het verleden.
Bridgeclub Wilhelminapark is in 1946 ontstaan in het oude theehuis in het Wilhelminapark. Na een aantal verhuizingen is de club nu actief op verschillende locaties zoals Podium Oost, de Wilhelminakerk en University College aan de Prins Hendriklaan. Met meer dan tweehonderd leden wordt de kaartsport beoefend in een – naar eigen zeggen – gezellige en competitieve sfeer.
Middagen populair Voorzitter Emma Hoppenbrouwers vertelt hoe de club die perfecte balans vindt: “We spelen op meerdere locaties en zorgen zelf voor de koffie en thee. Na een speelavond of -middag is er volop tijd om na te praten. Onze vereniging is gezond en draait zonder subsidie. Daarnaast zijn we flexibel. Leden kunnen kiezen waar en wanneer ze willen spelen, zowel overdag als ’s avonds en op elk niveau. Vooral de middagen zijn populair bij veel (nieuwe) leden.”
Je mag een foutje maken Bridge is wat uitdagender dan bijvoorbeeld klaverjassen en het kost tijd om de regels en strategieën onder de knie te krijgen. Volgens Emma hoeft dit geen obstakel te zijn: “Beginners zijn bij ons van harte welkom. We bieden verschillende cursussen en clinics aan, zodat je snel de basis leert en kunt meedoen. Hoewel we strikt volgens de regels spelen en fanatiek zijn, mag je bij ons gerust een foutje maken. Zo houden we het gezellig.”
Zomeravondbridge Het gewone seizoen eindigt in mei, maar ook in de zomer kun je bij deze bridgeclub terecht. “We organiseren elke woensdag zomeravondbridge in de Wilhelminakerk, van 12 juni tot 21 augustus, vanaf 19:00 uur. Ook niet-leden zijn dan van harte welkom! Je kunt je als paar aanmelden, maar als je alleen komt, proberen we een geschikte bridgepartner voor je te vinden. Je kunt je per avond a €4 p.p. inschrijven, wat het makkelijk en laagdrempelig maakt om onze sport en club te leren kennen.”
Het Rijk heeft plannen om de A27 te verbreden, het zogenoemd tracébesluit. In het bos van Amelisweerd zouden daarvoor honderden bomen moeten worden gekapt. Doel is om de bereikbaarheid, leefbaarheid en economische ontwikkelingen in en rondom Utrecht te verbeteren. Na veel protesten heeft de Regio (stad Utrecht, provincie en omliggende gemeentes) van het Rijk de kans gekregen een alternatief uit te werken om het bos te sparen. Dit zogenoemde Alternatief Ring Utrecht (afgekort: ARU) is op 20 december 2023 gepresenteerd. Bekijk de presentatie met uitleg door adviseur Mobiliteit Marloes Brands.
Kort samengevat: in het ARU hoeft de A27 langs Amelisweerd (de ‘bak’) niet verbreed te worden door drie pakketten van alternatieve maatregelen:
1) Meer busbanen, P&R’s en regionale (snel)fietspaden, in combinatie met strenger parkeerbeleid in de stad en afspraken met werkgevers in de stad over werktijden. Zo zou het regionale verkeer op de snelweg (40% van het totaal, zo blijkt uit onderzoek) verleid kunnen worden meer met het OV en de (elektrische) fiets te reizen;
2) Het aantal rijstroken langs Amelisweerd (de ‘bak’) uitbreiden van 10 naar 12, in combinatie met lagere maximum snelheid van 80 km/u. Zie plaatje. Daardoor kan er per uur meer verkeer over de weg;
3) Het verkeer beter spreiden rondom de stad o.a. door de noordelijk ringweg op te waarderen en reizigers meer route-informatie te geven.
Alles bijelkaar zou het alternatieve ARU zo’n €1,5mrd kosten versus €2,2mrd voor het Rijksplan. Verschil zit in de enorme kosten van het verbreden van de bak wat behalve de kap van bomen o.a. 70m diepe damwanden vergt. De kosten van een upgrade van de vereiste noordelijke ringweg is in het ARU nog niet meegenomen.
Voor het alternatief hoeft de ‘bak’ niet verbreed te worden en blijven bomen behouden – bron: presentatie ARU 2023De Slag om Amelisweerd in 1982 – Het Utrechts Archief
Elke minibieb heeft zijn eigen verhaal. Dat geldt ook voor de nieuwe minibieb op de hoek van de Bankstraat en de Baanstraat in Oudwijk. Deze opvallend grote witte kast is gevuld met spannende boeken en detectives van auteurs als Robert Ludlum, Frederick Forsyth, Dan Brown, Tom Clancy en Saskia Noort. Eigenaar Ralph is een groot liefhebber van thrillers.
“Ik lees graag thrillers en had er nog genoeg liggen om deze kast te vullen,” vertelt Ralph. “De grote kast is een erfstuk van mijn onlangs overleden moeder, die 87 jaar is geworden. Het is haar oude servieskast en het deel waar het glaswerk in stond, leek me perfect om tweedehands boeken in aan te bieden. Ik heb er net zelf een boek uitgehaald, ‘Angst voor de Nacht’ van Jeffery Deaver. Handig, toch? Mijn buren zijn ook enthousiast, zowel om te lezen als om boeken te doneren. We hebben zelfs gepraat over het ruilen van spullen via de kast, zoals etenswaren. De kast is er groot genoeg voor.”
Ralph werkt als kok bij restaurant ZiZo aan de Oude Gracht. “Misschien ga ik kleine recepten in de boeken verstoppen, bijvoorbeeld van Indonesische gerechten. Dat maakt de minibieb extra spannend!”
Bekijk deze en 25 andere openbare minibiebs in Oost in ons overzicht.
Ralph bij zijn minibieb in de Bankstraat – foto: Arnoud Wolff
Zondag 19 mei is de marathon van Utrecht, de 40ste editie. Start en finish liggen voor de 13.000 deelnemers op het Utrechts Sciencepark, de grote sponsor van het evenement. Het parcours leidt grotendeels door Oost, zie de plattegrond. Heel gezellig, wel zal de bereikbaarheid van een aantal buurten beperkt zijn die dag. De infopagina bereikbaarheid geeft een overzicht van alle afsluitingen en omleidingen. Naast de échte marathon, worden er op dit hardloopfestijn meerdere afstanden gelopen, zoals de halve en kwart marathon, de business run en – nieuw dit jaar – de Utregse Studentenbokaal, zie programma. We wensen alle deelnemers een mooie en vooral snelle tijd!
Een markt met lekker hapjes, drankjes, muziek en kunst om jong en oud samen te brengen, dat is het idee achter ‘Buurt Bruis’. Op vrijdag 7 juni zullen de zonnige terrassen tussen de kleurrijke woontorens van de Kwekerij (achter het DIAK) vol activiteiten zijn. Locale horecazaken zoals Restaurant De Kwekerij doen ook mee.
Buurtgevoel versterken Studenten van de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU) organiseren dit evenement. Ze hebben als opdracht om te onderzoeken hoe je meer buurtgevoel kweekt in het Rubenskwartier. De nieuwe flats van de Kwekerij bieden onderdak aan zo’n duizend nieuwe bewoners, vooral studenten en starters. Hun buren zijn de HKU, de IBB, verzorgingstehuis Swellengrebel en de Krommerijnwijk. Dit betekent veel mensen met verschillende leeftijden, achtergronden en leefsituaties. Hoe zorg je ervoor dat ze elkaar beter leren kennen?
Kunst verbindt De studenten volgen de opleiding Beeldend Verbinden. Hier leren ze hoe je samen met architecten, ondernemers en bewoners van de openbare ruimte een plek maakt waar mensen elkaar graag ontmoeten. Beeld, techniek en materialen zijn hierbij hulpmiddelen. Zo zijn de organisatoren op bezoek geweest bij ouderen in Swellengrebel om samen kunst te maken. Het resultaat hiervan zal op de markt te zien zijn. Zij willen ook de ruimte rondom de vijver (een oude atoombunker!) aankleden. Daarnaast willen ze met bezoekers praten over thema’s als leefbaarheid, jong en oud en buurtgevoel. Ook de studenten bruisen van de energie en zullen zorgen voor een gezellige buurtmarkt vol verrassingen.
Dag: vrijdag 7 juni Tijd: 14:00 – 17:00 uur Locatie Kwekerij zie google maps
Studenten van de HKU organiseren ‘Buurt Bruis’ – foto: Arnoud Wolff
De buurt Oudwijk Noord heeft twee speelplekken. Centraal ligt het Van Alphenplein waar oudere kinderen kunnen rennen, fietsen en voetballen. Even verderop aan de Hofstraat kunnen de kleintjes terecht op de rustige Kinderhof, herkenbaar aan de kleurrijke muurschildering uit 1994. Op initiatief van bewoners is dit pleintje opgeknapt met nieuwe toestellen en meer groen. Er komen nog moestuinbakken, zodat kinderen spelenderwijs ook leren tuinieren. Het pleintje heeft van oudsher een sociale functie, omdat de omringende arbeidershuisjes (bijna) geen tuin hebben. Daarom zijn de bankjes en picknicktafel behouden. Buurmeisje Marie is in ieder geval dik tevreden, ze zit prinsheerlijk op de nieuwe schommel.
Het Rietveld Schröderhuis is een eeuw oud! De beheerder Centraal Museum viert dat met een feestprogramma van honderd dagen. Op 15 mei 2024 opende locoburgemeester Rachel Streefland het jubileum en hield curator van het huis Natalie Dubois een toespraak over de samenwerking tussen Rietveld en Schröder: “Ze bouwden dit samen. Het kon niet zonder hem, en ook zeker niet zonder haar.”
Eigenzinnige woonwensen In 1924 vraagt Truus Schröder de bevriende meubelontwerper Gerrit Rietveld of hij haar nieuwe woonhuis aan het eind van de Prins Hendriklaan wil ontwerpen, destijds de rand van de stad. De moeder van drie kinderen is net weduwe geworden en wil een huis dat helemaal voldoet aan haar eigenzinnige woonideeën. Truus woont er uiteindelijk tot haar dood in 1985. Gerrit betrok al snel een eigen atelier op de benedenverdieping, waar hij samen met Truus werkt aan nieuwe ontwerpen. Als zijn eerste vrouw in 1957 overlijdt, trekt Gerrit definitief bij zijn vriendin in en woont er tot aan zijn dood in 1964.
Bouwen in Stijl In de jaren 20 maakt Rietveld vooral meubels, zoals zijn beroemde Rood-blauwe stoel uit 1919. Hij heeft een werkplaats aan de Adriaen van Ostadelaan. Een compleet woonhuis heeft hij nog niet eerder mogen ontwerpen. Hij maakt het huis samen met Truus helemaal in de stijl van … De Stijl, een kunststroming vernoemd naar het in 1917 opgerichte tijdschrift over moderne kunst. Kenmerkend in het ontwerp zijn de vloeiende overgangen van binnen naar buiten, de strakke horizontale en verticale lijnen en natuurlijk het gebruik van primaire kleuren, naast wit, grijs en zwart.
Waterlinieweg, uitzicht weg Het Rietveld Schröderhuis staat na oplevering in 1924 nog aan de rand van Utrecht: aan de overkant is niets anders dan een uitgestrekte woestenij, de Johannapolder. Het prachtige uitzicht speelt een belangrijke rol in het ontwerp. Zelfs zo belangrijk, dat Truus Schröder begin jaren ’30 de grond tegenover het huis koopt toen dat beschikbaar kwam. Gerrit en Truus ontwerpen daarvoor een blok met vier stadsvilla’s en een blok met vier appartementen. Het heet nu Erasmuslaan. Als in de jaren ’60 de vierbaans rijksweg 22 (de latere Waterlinieweg) wordt verhoogd en een noodzakelijk viaduct zo’n beetje in de voortuin aangelegd worden, mag het woonhuis wat Gerrit betreft afgebroken worden. De verbinding tussen binnen en buiten was volgens hem helemaal verdwenen, de crux van het huis. Hij overlijdt in 1964. In 2000 is het Stijlicoon uitgeroepen to UNESCO werelderfgoed.
Rietveld Schröderhuis in 1925 – Het Utrechts ArchiefBalkon met roodblauw-stoel @1925Tot 1964 was de kruising Prins Hendriklaan met de Rijksweg 22 (aangelegd in 1942), nog gelijkvloers. Omdat het autoverkeer drukker werd en de kruising gevaarlijker, besloot men de Rijksweg te verhogen zodat fietsers ongehinderd door een viaduct naar de polder konden. Links de voorgevel van het Rietveld Schröderhuis – Het Utrechts ArchiefOm het eeuwfeest te markeren planten nazaten van Truus Schröder in bijzijn van de locoburgemeester een nieuwe wilg op de plek waar 100 jaar geleden Truus zelf een wilg plantte. – Foto: Eric Roeske